Publicaties en analyse

Reïntegratie werknemers op arbeidsmarkt

HRW

De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid onderzocht één van de opvallendste verschijnselen van de recente ontwikkelingen op de Belgische arbeidsmarkt: de onafgebroken stijging van het aantal personen die minstens 1 jaar arbeidsongeschikt zijn. Die groei bedroeg tussen 2000 en 2021 meer dan 150%.

De Raad stelt vast dat de instroom in het systeem verder toeneemt en, ondanks een versterkte aandacht voor re-integratie, de uitstroom (nog) niet versnelt. De instroom in arbeidsongeschiktheid vanuit werk is hoger in Vlaanderen en Wallonië dan in Brussel. Voor mannen is de incidentie hoger in Wallonië, terwijl hij voor vrouwen vergelijkbaar is. Hoewel het gemiddelde gezondheidsniveau verbetert, blijft de kans om arbeidsongeschikt te worden stijgen, ook na correctie voor de vergrijzing van de beroepsbevolking, en de vervrouwelijking van de arbeidsmarkt. Niet alle werknemers lopen hetzelfde risico op arbeidsongeschiktheid. Dat risico is het grootst voor arbeiders, en in bepaalde bedrijfstakken zoals de logistiek, de arbeidersfuncties in sommige industrieën, de veiligheid en bewaking, de schoonmaak, de gezins- en bejaardenhulp, enz.

Om de terugkeer naar het werk te bevorderen, moeten alle actoren worden betrokken. Dat zijn uiteraard de werknemer en de werkgever, maar ook de behandelend arts en de arbeidsarts, de ziekenfondsen, de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling en hun partners die in gezondheidszorg gespecialiseerd zijn. De gedeeltelijke werkhervatting, waarbij het loon gedeeltelijk kan worden gecumuleerd met de arbeidsongeschiktheidsuitkering, is het meest gebruikte instrument: 120.000 personen maakten er in 2021 gebruik van, dat is meer dan een verdubbeling ten opzichte van 2015.

Op basis van deze bevindingen formuleerde de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid vijf aanbevelingen om een snellere en duurzame re-integratie van werknemers die afwezig zijn om gezondheidsredenen, te bevorderen:

  • Maatregelen rond preventie en re-integratie bij werkgevers ondersteunen en stimuleren;
  • Een gedeeltelijke erkenning van arbeidsongeschiktheid onderzoeken, want een werknemer moet momenteel alle activiteiten stopzetten om recht te hebben op een uitkering;
  • De rol van de behandelend arts en de arbeidsarts vanaf het begin van de arbeidsongeschiktheid versterken; 
  • Een snellere doorverwijzing en start van de re-integratie;
  • De financiële valkuil van een volledige werkhervatting voor personen met een laag inkomen wegwerken.

De raamovereenkomsten met de gewesten die dergelijke trajecten organiseren, werden in 2012 en 2013 ondertekend, en in 2023 hernieuwd. Daarbij werd de doelgroep in Brussel en Wallonië uitgebreid naar alle personen die begeleiding nodig hebben – voorheen ging het enkel om opleidingen – zoals in Vlaanderen al het geval was. De raamovereenkomsten bevatten ook streefcijfers voor het aantal deelnemers: 12.000 bij VDAB, 5.000 bij Forem, 600 bij ACTIRIS, en 25 bij ADG tegen 2024. De trajecten worden gefinancierd door de federale sociale zekerheid, via een vast bedrag per traject voor de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling.

U kan het volledige rapport raadplegen op de website van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid.