Beleidsnieuws

Zones zonder langdurige werkloosheid

Het concept van deze zones komt uit Frankrijk en biedt langdurige werklozen en leefloners een arbeidscontract aan dat enerzijds rekening houdt met hun wensen en competenties, en anderzijds inspeelt op de behoeften van de inwoners van hun wijk. Op die manier probeert men langdurige werkloosheid uit de maatschappij te bannen.

Actiris kreeg de opdracht kreeg om een mogelijke implementatie van het Franse project “Territoires Zéro Chômeurs à Longue Durée” (TZCLD) ten gronde te onderzoeken. Naast de analyse van de Vrije Universiteit van Brussel (ULB) over de budgettaire gevolgen van een dergelijk project bracht projectleider Gaëtan Vanloqueren (Actiris) ook de nodige actoren in diverse werkgroepen rond de tafel.  Op vragen van mevrouw Farida Tahar (Ecolo) en mevrouw Véronique Lefrancq (cdH) tijdens de commissie Economische Zaken en Tewerkstelling van 28 april 2021 gaf de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding, Bernard Clerfayt (DéFI), tekst en uitleg over de vorderingen in dit dossier.

De complexiteit van de Brusselse en Belgische situatie laat zich in dit dossier ten volle gelden. Het is een project dat enthousiasme, experiment, engagement en vernieuwing uitstraalt, maar dat mag de bestaande werkgroepen er niet toe aanzetten om de kritische bedenkingen en mogelijke valkuilen te negeren. De financiering blijft bij uitstek één van de moeilijkste obstakels. Alle goede wil ten spijt maakt het financiële spanningsveld tussen het federale en regionale niveau de implementatie van dit project een zeer moeilijk te ontwarren knoop. Er is immers een akkoord van de federale overheid nodig, opdat de werkloosheidsuitkeringen voor dit project kunnen geactiveerd worden ten voordele van de TZCLD-projecten.

Minister Clerfayt verduidelijkte tijdens de vergadering dat er al verschillende contacten zijn geweest met de federaal minister van Economie en Werk, Pierre-Yves Demagne (PS) hieromtrent, maar dat men niet mag vergeten dat er qua werk en werkgelegenheid voor federale minister dezer dagen wel meer grote uitdagingen een dringende aanpak vragen.

Het Brusselse en het Waalse Gewest zijn het erover eens dat het absoluut noodzakelijk is de federale regering te mobiliseren voor de financiering van dit experiment, aangezien de budgettaire winst op federaal niveau wordt geboekt. Het Vlaamse Gewest heeft dit experiment echter niet opgenomen in zijn regionale beleidsverklaring. De drie Gewesten zitten dus niet noodzakelijk op dezelfde golflengte, wat het werk van minister Dermagne bemoeilijkt.

Naast het financiële aspect komt ook het non-concurrentiële t.a.v. de privésector en al zeker ten aanzien van de bestaande sociale economiebedrijven als conditio sine qua non telkens weer bovendrijven. De denktank van Actiris buigt zich hierover, maar dat sluit niet uit dat er toch hier en daar bezorgde echo’s weerklinken vanuit de sector. Dit project gerealiseerd krijgen vergt alleszins verregaande samenwerking tussen de diverse betrokken actoren. Het is enkel op die manier dat er enige garantie kan geboden worden op het welslagen van een project als dit. Dat vergt bovendien tijd.

Hoewel Actiris een formele opdracht kreeg van de Brusselse overheid om deze denkoefening en de mogelijke implementatie in goede banen te leiden, houdt dit sommige spelers op het veld niet tegen om simultaan op meer lokaal niveau de koppen samen te steken. Dit bewijst eerst en vooral dat er een brede interesse is om dit project gestalte te geven, maar houdt ook het gevaar in dat de versnippering contraproductief wordt.

Momenteel werken de thematische werkgroepen verder aan alle mogelijke knooppunten op financieel, organisatorisch, juridisch, technisch en maatschappelijk vlak.

Lees het volledige antwoord hier.