Opinie en advies

VLOR zet vraagtekens bij voorontwerp decreet Duaal Leren

De VLOR publiceerde haar advies bij het 'voorontwerp van decreet tot regeling van bepaalde aspecten van alternerende opleidingen'. Dit voorontwerp van decreet gaat voor een vereenvoudiging tot een eenduidige leerovereenkomst voor leren en werken. Met de omschrijving van een 'stage overeenkomst' en een 'overeenkomst alternerende opleiding', worden de kaders van alternerend leren en werken beperkt. Allereerst stelt de Raad dat het dossier Duaal Leren naar hun aanvoelen 'gesaucissoneerd' werd. De VLOR geeft aan dat er nog heel wat informatie ontbreekt in het dossier Duaal Leren, en het zodoende onmogelijk is om een advies te formuleren over de volledige draagwijdte en consequenties van dit voorontwerp.  

Het voorontwerp legt twee mogelijke leerovereenkomsten vast. Dit decreet zou zijn toepassing kennen in drie verschillende contexten: het stelsel Leren en Werken, de tijdelijke experimentele projecten ‘de schoolbank op de werkvloer’ die zouden opstarten op 1 september 2016 en tenslotte eveneens het toekomstige Duaal Leren. De VLOR zet vraagtekens bij deze ‘universele’ aanpak, en pleit voor een duidelijk onderscheid. Het vastleggen van slechts twee mogelijke overeenkomsten is een duidelijk vooruitgang tegenover de huidige situatie, maar is echter nog steeds niet voldoende transparant, zo stelt de VLOR. Verder vraagt de VLOR duidelijkheid over de tijd op de werkplek en wijzen ze op het belang van de leervergoeding voor de leerling. De VLOR formuleert verder ook vragen bij de afbakening van de bevoegdheden van het Vlaams Partnerschap Duaal Leren.

Er heerst op dit moment heel wat onduidelijkheid bij de leerlingen, ouders, scholen én bedrijven, zo merkt de VLOR tenslotte op. Duidelijke communicatie is cruciaal.

Bekijk het advies van de VLOR