Beleidsnieuws

VDAB: een andere aanpak dan RVA

Op de plenaire vergadering van het Vlaams parlement (16/10/19) werd de vraag gesteld door Axel Ronse (N-VA) en Tom Ongena (Open Vld) aan Vlaams minister van Werk Hilde Crevits (CD&V) of de VDAB wel voldoende sancties uitvoert tegen werkzoekenden die de gemaakte afspraken niet naleven. Crevits betreurde ten zeerste dat de manier waarop de VDAB nu werkt zo wordt afgewogen t.o.v. de manier waarop de RVA (Rijksdienst voor Arbeidsvoorzieningen) vroeger werkte. Wim Adriaens en Hilda Eestermans, respectievelijk gedelegeerd bestuurder en directeur van de controledienst, kwamen naar aanleiding van deze vraag tijdens een commissie Economie en Werk (24/10/19) toelichten waarom de controlerende en sanctionerende aanpak van de VDAB fundamenteel verschilt met de vroegere aanpak van de RVA.

De vraag van Axel Ronse en Tom Ongena op de plenaire vergadering kwam er na negatieve berichtgeving van de RVA over het sanctioneringsbeleid van de VDAB. Tijdens de gedachtewisseling legden Wim Adriaens en Hilda Eestermans uit waarom de sanctioneringscijfers van de VDAB niet op die manier mogen worden geïnterpreteerd. Ten eerste maakte VDAB duidelijk dat controle voor hen geen doel op zich is, maar wel een middel. Hiermee bedoelden ze concreet dat VDAB niet zoveel mogelijk mensen wil sanctioneren, maar vooral zoveel van hen aan het werk wil krijgen. Ten tweede, en dat verklaart ook meteen de cijfers die de RVA voorlegt, hanteert de VDAB een fundamenteel andere aanpak dan de RVA. Controle zit bij VDAB ingebed in het bemiddelingssysteem, terwijl de RVA bemiddeling en controle als twee afzonderlijke eenheden beschouwt. Ten derde bereikt de VDAB 1 op 5 werkzoekenden met een sanctie of een verwittiging en dat is minstens zoveel als de RVA voor de overdracht van de bevoegdheid.

VDAB stelde in haar presentatie ook de instrumenten voor die ze hanteren in hun werking om werkzoekenden bij te sturen. Ten eerste stelt de bemiddelaar met de werkzoekende een formeel afsprakenblad op met werkpunten en opdrachten die de werkzoekende tegen een vastgelegde datum moet uitvoeren. Indien deze werkzoekende de opdrachten niet nakomt, volgt er één maand later een ultieme afspraak met een laatste mogelijkheid om zijn of haar zoekgedrag bij te sturen. Als de werkzoekende dit ultieme afsprakenblad niet nakomt, kan dit leiden tot een sanctie indien de controledienst dit toelaat. De werkzoekende krijgt immers de kans om zijn of haar aflatend gedrag te verdedigen.

Het volledige commissieverslag leest u hier.