Beleidsnieuws

Nieuwe taalbarometer

In het Vlaams Parlement stelden Karl Vanlouwe (N-VA) en Elke Van den Brandt (Groen) aan Vlaams minister van Cultuur, Media, Jeugd, en Brussel Sven Gatz (Open VLD) een vraag over de nieuwe taalbarometer in Brussel. 

Het nieuwe taalbarometeronderzoek van BRIO (het Brussels Informatie-, Documentatie- en Onderzoekscentrum) -dat in december vorig jaar werd afgerond- bevestigde de complexiteit van het Brusselse taalbeeld, dat niet in eenvoudige lineaire evoluties te vatten is. Karl Vanlouwe benadrukte dat er sprake is van een negatieve evolutie waarbij nog geen 10 procent van de jonge Brusselaars die in het Franstalig onderwijs schoolliepen, goed tot uitstekend Nederlands spreekt en 90 procent van de werkzoekenden in Brussel geen Nederlands kent.  Amper één op zes van de Brusselaars zegt van zichzelf dat ze goed of uitstekend Nederlands spreken, in 2001 ging het nog om één op drie. Hij vraagt aan de minister of de resultaten van de taalbarometer hem aanzetten om het taalpromotiebeleid bij te sturen en te verbeteren. 

Minister Gatz repliceerde dat hij inderdaad niet tevreden was met de terugval van het aantal Brusselaars dat zichzelf een goede of zeer goede kennis van het Nederlands toedicht. Hij wijt dit ten eerste aan de grote toename van het aantal nieuwkomers in Brussel die geen Nederlands kennen, maar ook aan de gebrekkige kennis van het Nederlands in het Franstalig onderwijs. Hij benadrukt ook wel dat er goed nieuws is: het aantal Brusselaars dat regelmatig Nederlands gebruikt in hun omgang in de buurt  neemt tot een kwart toe en het aantal Brusselaars dat het Nederlands regelmatig op de werkvloer gebruikt, bedraagt ongeveer 50 procent.

Volgens de minister heeft de Vlaamse regering reeds geïnvesteerd in het aanbod van het Nederlands en zal dit blijven doen. Hij verwees daarbij naar de inburgeringstrajecten, scholen en taallessen voor volwassenen. Enerzijds moeten er meer inspanningen geleverd worden en anderzijds moet er uitdrukkelijk een politiek van meertaligheid in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest gevoerd worden, waarvoor hij kijkt naar de Brusselse regering. Minister Gatz geeft dan ook aan dat hij met de Franstalige collega's in gesprek zal gaan. 

U leest het volledige vraag en antwoord hier (vanaf p.19).