34,5% van de werkenden werkt soms of gewoonlijk van thuis uit, dit is bijna 10% meer dan vorig jaar (24,7%). 32,3% van de thuiswerkers gaf aan dat ze tijdens de Covid-crisis voor het eerst aan thuiswerk deden. 41,3% van de thuiswerkers deed vroeger al aan thuiswerk maar doet dat tijdens de Covid-crisis meer en bij 26,4% had de Covid-crisis geen invloed op de mate van thuiswerk.

Vooral bij werkenden die hun job in Brussel uitoefenen (51,3%) komt thuiswerk het meest voor. Dat ligt veel hoger dan bij personen van wie de werkplaats zich in Vlaanderen (33,2%) of Wallonië (27,1%) situeert.

Verder valt in het rapport op dat de nationale werkgelegenheidsgraad bij 20-64-jarigen ongeveer op hetzelfde niveau als vorig jaar ligt. In april en mei daalde de werkgelegenheid, in juni en juli was er een stijging, in augustus was er opnieuw een daling en het herstel in de voorlopige cijfers van september brengen het aantal werkenden ongeveer op hetzelfde niveau als vorig jaar. Wel komt de toename van het aantal werkenden tussen augustus en september vrijwel volledig op naam van de mannen.

De werkgelegenheidsgraad steeg tussen augustus en september van dit jaar in alle drie de gewesten, het sterkst in Vlaanderen (74,5%), gevolgd door Wallonië (64,9%) en Brussel (61,8%).  

Daartegenover bedraagt de IAB-werkloosheidsgraad van 15-64-jarigen (alle personen die geen werk hebben, actief op zoek zijn naar werk én beschikbaar zijn om binnen de twee weken te beginnen werken) nationaal 6,3% in september, 0,7% hoger dan vorig jaar. Terwijl deze in maart en april nog een dalende trend vertoonde, begon deze vanaf mei, en vooral in juli, in stijgende lijn te gaan. Pas in september was er terug een kleine daling merkbaar. De werkloosheidsgraad van 15-64-jarigen bedraagt 15,1% in Brussel, 7,5% in Wallonië en 4,0% in Vlaanderen.

Meer cijfers en grafieken vind je hier.